Omdat gezondheid voorop staat:

Heupdysplasie:

Al onze fokkers zijn vrij van dysplasie.

Maar wat is dysplasie en hoe testen we fokkers? Wij vertellen je alles!

De Barbet is een zware, maar snelgroeiende hond. Zoals alle grote honden is hij vatbaar voor dysplasie.

Dit laatste leidt tot congruentie van de gewrichtsoppervlakken, wat leidt tot vroegtijdige artrose en dus pijn.

Daarom moeten alle fokdieren na de leeftijd van één jaar, vóór de fok, geröntgend worden. Deze radio wordt naar een officiële "lezer" gestuurd, die er een brief aan geeft.

Heup A: Geen tekenen van dysplasie, perfecte congruentie en coaptatie, NORBERG-OLSSON-hoek > 105°

Heup B: Ofwel ligt de NORBERG-OLSSON hoek tussen de 105° en 100° en zijn de coaptatie en congruentie perfect of bijna normaal. Ofwel is de NORBERG-OLSSON-hoek groter dan 105° met min of meer goede congruentie.

Heup C: Lichte dysplasie. Hoek tussen 100° en 105° en gemiddelde congruentie.

Heup D: Matige dysplasie. Bij een hoek tussen 100° en 90° is de congruentie echt slecht.

Heup E: Ernstige dysplasie. Er is sprake van (sub)luxatie van de femurkop en de hoek is kleiner dan 90°. Naast de verschijnselen uit stadium D, gaat dit stadium vaak gepaard met een afwijking in de conformatie van de femurkop.

Hoewel erfelijkheid zeker een rol speelt bij heupdysplasie, is de omgeving minstens zo belangrijk. Zo kan een hond die genetisch geprogrammeerd is om "C"-heupen te hebben, evolueren naar "B"- of "D"-heupen, afhankelijk van de gunstige of ongunstige omgevingsomstandigheden.

Hier volgen enkele tips om uw hond te helpen gezonde heupen te houden.

Hoewel erfelijkheid zeker een rol speelt bij heupdysplasie, is de omgeving minstens zo belangrijk. Zo kan een hond die genetisch geprogrammeerd is om "C"-heupen te hebben, evolueren naar "B"- of "D"-heupen, afhankelijk van de gunstige of ongunstige omgevingsomstandigheden. En nu is het jouw beurt!

Voor de heupen is alles rond de leeftijd van 15 maanden bepaald. Het is daarom raadzaam om gewrichtstrauma's bij de pup te voorkomen. In de praktijk:

- de pup mag nooit op zijn achterpoten staan. Wees voorzichtig als hij met je aan het feesten is of in de kofferbak van de auto stapt.

- geen trappen betreden vóór de leeftijd van minimaal één jaar.

- Niet springen: vermijd spelletjes zoals "Frisby" en geen behendigheid totdat de hond 15 maanden oud is.

- geen zware lichamelijke inspanning: geen lange wandelingen, en al helemaal niet in de bergen! Er wordt gezegd dat een puppy per levensmaand 5 minuten kan lopen. Een pup van 3 maanden mag dus maximaal 15 minuten wandelen.

Aarzel niet om uw dierenarts om advies te vragen.

Als genetica erbij betrokken raakt:

Dankzij de wetenschappelijke vooruitgang kunnen we tegenwoordig ook:genetische tests om te bepalen of potentiële fokkers drager zijn of niet
van bepaalde specifieke genen: kleur etc.

Maar bovenal zorgen deze testen ervoor dat we de garantie hebben dat de pups niet ziek zullen worden.
getroffen door bepaalde genetische ziekten: Willebrand type 1 en de pre-PRA.
De genetische ziekte prcd-PRA veroorzaakt degeneratie en dood van cellen in het netvlies, aan de achterkant van het oog. Langzaam maar zeker wordt de hond blind...
De ziekte van Willebrand type 1 is gevaarlijker omdat deze genetisch 'dominant' is. Er ontstaan honden die in meer of mindere mate hemofilie hebben. Om deze reden sluiten wij deze honden uit van de fok!

Om meer te weten te komen